Ik betrapte mezelf erop dat ik zong op de fiets
De volgende tekst heb ik geschreven voor de rubriek Gastschrijver van De Stentor.
Gisteren fietsten we vanuit Hattem met prachtig weer richting Zwolle over het vernieuwde Roseboomspoor. Op de rode spoorbrug groette ik vrolijk twee jongens. ‘Morgen heren!’ Ze keken me verbaasd aan. ‘Weer naar school vandaag?’, vroeg ik.
‘Ja, helaas’, verzuchtten ze.
Oei, dacht ik, die zijn niet zo blij als dat ik ben.
We fietsten verder over de IJsseldijk langs het Engelse Werk. Voor de uitspanning zat een groep mensen te schilderen. Het terras was gezellig gevuld.
Over de dijk fietsten we richting Vreugderijkerwaard. Aan weerskanten stond het gras hoog. Dan weer geel van de boterbloemen. Dan weer wit van de margrieten. En niet veel verder het zicht in zilver zonlicht op de stromende IJssel. Zo nu en dan zagen we een haas in het landschap. Ik betrapte mezelf erop dat ik aan het zingen was op de fiets.
Mooi plekje
Bij de schapenboerderij stopten we voor de lunch. We vonden een mooi plekje op het buitenterras onder een parasol die verkoeling bood. En terwijl we een vegetarisch belegd broodje aten met een triple biertje, keken we naar de kinderen die speelden op het veld.
De terugreis ging weer over de dijk. Even twijfelden we of we met het Kleine Veer terug zouden varen naar Hattem, maar we kozen toch voor dezelfde route. Boven op de rode boog zagen we een koppel ganzen die met hun jongen de IJssel overzwommen. De jonge gansjes ploeterden als ware helden om de overzij te bereiken.
Eenmaal thuis in de tuin, met een lekker kopje koffie, genoot ik nog na. Zoveel moois te zien en te ontdekken in mijn eigen woonomgeving. Wat een bofkont ben ik, dacht ik blij.
***
Je kan hier mijn bijdrage op de website van De Stentor bekijken en waarderen met sterren.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!